• Thema Thema: Hoe kijk je naar diversiteit? , Hoe kan je samenwerken? en Doelgericht werken
  • Duurtijd Duurtijd: 40- 60min
  • Media Media: Werkvorm en reflectie-instrument, Kennis & informatie en Multimedia

Deze werkvorm is bedoeld om na te gaan wat er in de realiteit van je school- en klaspraktijk meespeelt  op vlak van diversiteit en samenwerking. Wat betekenen inclusie, diversiteit en verbindend samenwerken voor mij? Hoe kijken we ernaar als schoolteam?  Om de realiteit op vlak van inclusie in beeld te krijgen, richt je je op vier cirkels. Daarbij vertrek je dichtbij jezelf en dein je steeds verder uit.

Vier cirkels

  • Als persoon: door welke ervaringen wordt je eigen kijk op inclusie en diversiteit gekleurd?
  • Als leerkracht in de klas: hoe waardeer je en benut je de diversiteit in de klaspraktijk?
  • Als team: hoe verbindend werk je samen met collega’s in het team en met andere partners?
  • Als school in de samenleving: hoe kijken ouders en andere betrokkenen in de samenleving naar je school?

Deze werkvorm bevat vier opdrachten die helpen om die vier cirkels te verkennen:

  1. Mijn inclusieve bril
  2. Blik op diversiteit in de klas
  3. Teamwork to make a dream work
  4. Inclusie in school en samenleving

Ideaal vorm je duo’s of trio’s die elk met een opdracht beginnen.  Elke deelgroep kan eventueel kiezen met welke opdracht hij begint.  Om zeker te zijn dat iedere insteek aan bod komt, is het handig om te verdelen wie met welke opdracht begint. Na een 10-tal minuten geef je een seintje om over te schakelen naar een volgende opdracht. De groepen schuiven door tot een eindsignaal volgt.

1. Mijn inclusieve bril

Deze werkvorm helpt je stilstaan bij je eigen kijk op inclusie en doet je beseffen door welke bril je naar diversiteit en samenwerking kijkt. Zie werkmateriaal download. Het is de bedoeling dat je de reflectievragen eerst individueel beantwoordt. Daarna kan je erover in gesprek gaan met je collega(‘s).

Je persoonlijk referentiekader bepaalt hoe je naar de wereld kijkt, hoe je de wereld interpreteert en erin handelt. Je eigen overtuigingen werken daarbij als een filter voor wat je zal doen (Roose e.a., 2019; Keppens e.a., 2019; Ferbuyt e.a., 2017). Dit soort overtuigingen kleuren in welke mate je opportuniteiten zal zien om de diversiteit in je klas te waarderen en benutten en om verbindend samen te werken met diverse partners.

Wat maakt nu dat je zo kijkt en dat je die overtuigingen hebt? Uit onderzoek blijkt dat het kan helpen om samen met collega’s stil te staan bij je eigen kijk en je bewust te worden van je lenzen (www.diversito.be). Bedenk daarom hoe elk van de volgende lenzen je manier van kijken kleurt en ga erover in gesprek met een collega.

  • Samenleving: Welke gebeurtenissen in de wereld hebben invloed op hoe je omgaat met verschillen? Denk bv. aan terreuraanslagen, de vluchtelingenstroom, de verrechtsing van de politiek, de klimaatverandering, polarisering, bepaalde maatschappelijke acties,…
  • (School)organisatie: Welke organisatorische aspecten hebben invloed  op hoe je omgaat met verschillen? Welke rollen neem je bijvoorbeeld op: ben je klasleerkracht, neem je een ondersteunende rol op als vakbondsafgevaardigde, zorg- of graadcoördinator, directie, ondersteuner…? Denk ook aan je anciënniteit, het aantal uren dat je aanwezig bent op school, het feit dat je al dan niet benoemd bent,… Hoe gaat je school om met meer of minder  diversiteit, bestaande samenwerkingen op school (bijvoorbeeld betrokkenheid van ouders)?
  • Achtergrond: Welke invloed heeft je achtergrond op hoe je omgaat met verschillen? Denk aan je eigen schoolcarrière, waar je bent opgegroeid, waar je woont, de rollen die je opneemt als moeder, vader, zoveelste in een gezin, partner,… Denk ook aan je netwerk, je vriendenkring, je sociaal-economische achtergrond, je geloofs- of politieke overtuiging,…
  • Persoon: Welke van jouw persoonlijke kenmerken hebben invloed op hoe je omgaat met verschillen?  Denk aan je leeftijd, je etnische afkomst, je gender, seksuele voorkeur,…
  • Kern: Hoe word jij omschreven door anderen? Welke eigenschappen hoor je vaak van jezelf terug? Wat zegt dit over hoe je omgaat met verschillen?

Hoe ziet jouw inclusieve bril er nu uit? Vat samen in een aantal kernwoorden wat jouw kijk op inclusie typeert. 

Toon je bril dan aan een collega en wissel van gedachten over deze vragen:

  • Zijn er gelijkenissen in hoe jullie kijken? Zijn er ook verschillen?
  • Wat vind je treffend in de bril van je collega?
  • Zie je inclusie met deze bril vooral als een probleem of uitdaging, of als een meerwaarde en kans? Hoe kleurt dit je handelen?

 

 

2.Blik op diversiteit in de klas

Bekijk twee online filmclips waarin je telkens een leerkracht bezig ziet in de klas.

Lager onderwijs

Clip A

Clip B

Secundair onderwijs

Clip A

Clip B

 

Bespreek ze aan de hand van deze richtvragen:

  • In welke clip vind je dat de leerkracht in zijn interacties best inspeelt op de diversiteit onder de leerlingen? Wat zie je hem doen?
  • In welke clip vind je dat de leerkracht in zijn werkvormen en aanpak best inspeelt op de diversiteit onder de  leerlingen? Wat zie je hem doen?
  • Wat doe jij in je interacties met leerlingen en in je werkvormen en aanpak om de diversiteit in de klas te waarderen en te benutten?
Je kan de woordspinnen als hulpbron gebruiken (zie download). Ze bevatten aspecten die volgens onderzoek belangrijk zijn als leerkrachten inclusief willen werken in (1) hun interacties met leerlingen en (2) hun werkvormen en aanpak.

 

3.Teamwork to make a dream work

Voor deze opdracht kan je werken met een aantal cartoons  (Giangreco, 1998; 1999; 2000) rond samenwerking. Bekijk ze en kies één cartoon die je herkenbaar of confronterend vindt (download).

Licht toe aan je collega(’s)…

Deze cartoon confronteert mij, omdat…

Deze cartoon is herkenbaar voor mij, omdat…

Wat zeggen deze cartoons over wat er in de samenwerking op je school belangrijk of nodig is?

4. Inclusie in school en samenleving

Bekijk het fragment ‘Het schooltje’ (3’14)  uit Willy’s en Marjetten (Woestijnvis, 2006).

Wissel vervolgens uit met je collega’s:

  • Hoe kijken de ouders in het filmpje naar diversiteit?
  • Hoe kijkt de directeur ernaar?
  • Welke impact ervaar jij van hoe de ouders, directie, collega’s… in jouw school naar diversiteit kijken? Verschilt dit van jouw kijk?
  • Zijn de klassen in je school een weerspiegeling van de diversiteit in de omgeving? Hoe divers is je schoolteam?
  • Welke (voor)oordelen t.o.v. bepaalde groepen leerlingen, ouders, of collega’s hoorde je al op school? Hoe ga je daarmee om?
  • Wat doe je om leerlingen, ouders, collega’s… te laten ervaren dat diversiteit geen probleem hoeft te zijn en ook een meerwaarde kan bieden?
Werkmateriaal inclusieve bril

Dit werkblad kan gebruikt worden om de kernwoorden te noteren

Werkmateriaal Woordspinnen

Deze woordspinnen kunnen een hulpbron zijn om de videoclips te bespreken. 

Cartoons teamwork

Deze cartoons geven je inspiratie om uit te wisselen rond samenwerking. 

Zin in meer?

Wil je meer weten over hoe je een inclusieve kijk kan ontwikkelen, klik dan hier.

Wil je meer weten over wat wetenschappers en andere partners zeggen over diversiteit, verbindend samenwerken en inclusie, klik dan hier.

Wil je nog meer inspirerende werkvormen rond dit thema, Van Realiteit naar Doel klik dan hier of rond een uitgebreidere werkvorm rond het bespreken van opvattingen Kijken doet leren: epic- video instrument als reflectietool klik dan hier

Gelijkaardige materialen: